dinsdag 5 augustus 2008

De mooiste plek in Costa Rica


Vandaag ben ik op de mooiste plek in Costa Rica. Dat was een gelukje bij een ongeluk. Er was namelijk geen plek meer voor mij in het hotel en er werd mij gevraagd of ik niet in het oude huisje boven op de heuvel wilde slapen. Dat wilde ik wel.
Ik loop de heuvel op en zie het oude, withouten gebouw op enkele tientallen meters van mij af. Het heeft twee verdiepingen verbonden door een vervallen trap buiten langs. Ik loop naar boven. De houten stoelen zijn al maandenlang niet meer gebruikt. Op de veranda hangt een hangmat. Ik kijk naar binnen door de kleine glazen ramen en zie een gemeubileerde kamer. Ik kan niet naar binnen. Als ik me omdraai ligt de Golf van Nicoya aan mijn voeten. Er heerst stilte. Het lome geklots van het water accentueert die stilte slechts. Er gebeurt niets.


Ik hoef niets.
Door de muur loopt een gapende spleet. De natuur heeft zijn vat gekregen op het bouwwerk.
Ook dat is fijn. Er is geen pretentie.
‘s Nachts stortregent het. De uitsparingen in de muur, bedoeld om lucht te laten circuleren, laten ook de regen circuleren. Ik wordt wakker want het regent ook op mij. Het is pikdonker. Ik wist niet meer wat dat was. Ik schuif het bed een meter op. En dan slaap ik weer verder.
De volgende ochtend ligt de Golf er eender bij. Dezelfde hitte, dezelfde stilte. Oneindige loom geklots.